Armoede in Duitsland: wie behoort tot de kwetsbare groep?

Een onlangs gepubliceerde analyse van het Duitse Economische Instituut (IW) biedt belangrijke inzichten in het armoederisico in Duitsland en definieert de parameters die de levens van veel mensen beïnvloeden. Volgens het onderzoek wordt armoede niet alleen gezien als een economische situatie waarin mensen niet in hun levensonderhoud kunnen voorzien, maar ook als een subjectieve perceptie van een slechte situatie. De termen absolute en relatieve armoede worden duidelijk van elkaar onderscheiden: terwijl absolute armoede een laag inkomen betekent dat het bestaan ​​bedreigt, verwijst relatieve armoede naar de levensstandaard in de samenleving.

In de Europese Unie wordt aangenomen dat iemand een risico op armoede loopt als hij minder dan 60% van het mediane inkomen ontvangt. Ondanks een sterk socialezekerheidsstelsel in Duitsland blijft de bestrijding van armoede een uitdaging. De armoedegrenzen voor 2022 zijn als volgt vastgesteld:
– Alleenstaanden: minder dan 1.390 euro netto/maand.
– Alleenstaande ouders met een kind jonger dan 14 jaar: 1.800 euro.
– Echtpaarhuishoudens met twee kinderen: 2.910 euro.

Statistische bevindingen over het armoederisico

Uit het onderzoek, dat is gebaseerd op EU-SILC-gegevens uit 2023 en de inkomensniveaus in 2022 analyseert, blijkt dat ongeveer 14,4% van de bevolking een inkomen heeft dat onder de armoedegrens ligt. Vooral jonge volwassenen tussen 18 en 24 jaar worden getroffen, met een armoederisico van 24,6%, gevolgd door alleenstaande ouders (23,7%) en alleenstaanden (26,4%). Uit het onderzoek blijkt ook dat vrouwen zwaarder getroffen worden dan mannen (13,7%), met een armoederisico van 15,1%.

Bovendien speelt de arbeidsstatus een centrale rol in het armoederisico: slechts 6,6% van de werkenden loopt het risico in armoede te vervallen, in tegenstelling tot 46,5% van de werklozen en 18,3% van de gepensioneerden. Interessant is dat de subjectieve perceptie van armoede en rijkdom vaak verschilt van objectieve criteria. Volgens een onderzoek uit 2023 identificeerde meer dan de helft van de respondenten zichzelf als middenklasse, ongeacht hun werkelijke inkomen. De IW maakt ook onderscheid tussen verschillende middenklassecategorieën: lager midden (60-80% van de mediaan), smal midden (80-150%) en hoger midden (150-250%). Gebleken is dat slechts zo'n 4% van de bevolking de hogere klassegrens overschrijdt, wat voor alleenstaanden een netto inkomen van ruim 5.780 euro per maand betekent.

Voor meer informatie over de levensomstandigheden en het armoederisico in Duitsland biedt het Federale Bureau voor de Statistiek uitgebreide gegevens en analyses die de huidige situatie in detail weergeven, zoals gedetailleerder uitgelegd in relevante rapporten. De IW biedt ook relevante informatie over de inkomensniveaus in Duitsland, wat helpt om de uitdagingen die verband houden met armoede en sociale ongelijkheid beter te begrijpen.