Minister van Financiën Klingbeil presenteert een ontwerpschuld voor het leger en de infrastructuur
Minister van Financiën Lars Klingbeil presenteert het begrotingsontwerp voor 2025, met hoge defensie-uitgaven en toenemende nieuwe schulden.
Minister van Financiën Klingbeil presenteert een ontwerpschuld voor het leger en de infrastructuur
Minister van Financiën Lars Klingbeil presenteerde vandaag zijn eerste begrotingsontwerp voor 2025. Dit ontwerp markeert een belangrijke koerswijziging ten opzichte van het financiële beleid van de verkeerslichtcoalitie, dat voorheen werd gedomineerd door de Vrije Democraten. Een centraal onderdeel van de begroting zijn omvangrijke investeringen op het gebied van defensie, infrastructuur en economie. Daarnaast heeft het kabinet kerncijfers voor 2026 vastgesteld en een grof financieel plan tot 2029, waarin wordt voorzien in schuldfinanciering via een speciaal fonds.
Volgens officiële cijfers bedragen de totale uitgaven op de begroting voor 2025 naar verwachting 503 miljard euro. Hiervan is 81,8 miljard euro gepland voor nieuwe schulden in de kernbegroting, wat meer dan het dubbele is van de nieuwe schulden van het voorgaande jaar. Daarnaast is ruim 60 miljard euro gepland voor met schulden gefinancierde speciale fondsen. Er wordt bijzondere aandacht besteed aan de defensie-uitgaven, waarvoor 75 miljard euro is uitgetrokken, waarvan 32 miljard euro wordt gefinancierd uit schulden.
Defensie-uitgaven in focus
De defensie-uitgaven in de federale begroting voldoen aan het NAVO-quotum van twee procent en bedragen 2,4 procent van het bruto binnenlands product (bbp). De geplande verhoging van de defensie-uitgaven maakt deel uit van een bredere strategie om de doelstelling tegen 2029 te verhogen tot 3,5 procent van het bbp. Vergeleken met het voorgaande jaar betekent dit een bijna verdrievoudiging van de middelen voor de Bundeswehr, de civiele bescherming en de inlichtingendiensten. Tegen 2029 zijn defensie-uitgaven van in totaal 152,8 miljard euro gepland, wat een enorme stijging betekent.
Kanselier Friedrich Merz stelde dat elke extra procentpunt stijging van de defensie-uitgaven ongeveer 45 miljard euro meer zou kosten. Het doel om aan de NAVO-eisen te voldoen wordt nog verder versterkt door de oproep van de Amerikaanse president tot grotere defensie-uitgaven in Europa. Duitsland had vorig jaar een defensie-uitgavenquote van 2,1 procent; Voor de beoogde verhoging naar 5 procent zou jaarlijks 225 miljard euro nodig zijn.
Kritiek en uitdagingen
Het financiële beleid dat in het nieuwe begrotingsontwerp een rol speelt, wordt door verschillende politieke kampen kritisch bekeken. Een bijzondere beschuldiging is gericht tegen de buitensporigheid van de begrotingsplannen en het vermeende begrotingsbedrog. De Groenen, Links en de BSW uiten hun zorgen over de duurzaamheid van het hoge schuldenniveau. In 2029 zal de nieuwe schuld naar verwachting oplopen tot bijna 850 miljard euro, met een verwachte rentelast van 215 miljard euro.
Andere belangrijke punten in de begroting zijn onder meer een budget van ongeveer 22 miljard euro voor spoorinfrastructuur en vier miljard euro voor de financiering van sociale woningbouw en stadsontwikkeling. Ook heeft het kabinet een grof plan voor 2026 gepresenteerd, waarin de uitgaven naar verwachting zullen stijgen naar 519,5 miljard euro, waarbij een steeds groter deel gefinancierd zal worden via leningen uit de kernbegroting.
De ontwerpbegroting zal vóór het zomerreces in de Bondsdag worden besproken en zal naar verwachting medio september worden aangenomen. De toekomst van het Duitse financiële en defensiebeleid wordt daarom geconfronteerd met cruciale beslissingen die verstrekkende gevolgen kunnen hebben, zowel nationaal als internationaal.
Voor meer informatie kunt u de rapporten lezen op Zuid-Duitsers En MDR.