Hervorming van de onroerendgoedbelasting: aanbevelingen voor nieuwe aanslagtarieven tegen de zomer

Hervorming van de onroerendgoedbelasting: aanbevelingen voor nieuwe aanslagtarieven tegen de zomer

Als onderdeel van de komende wettelijke wijzigingen in de onroerendgoedbelasting vanaf volgend jaar heeft de belastingdienst van Hersfeld-Rotenburg al kennisgevingen verzonden van de nieuwe onroerendgoedbelastingbedragen voor 94,2 procent van de in totaal 66.741 economische eenheden in het district. Volgens Marco Erb van de financiële directie van Frankfurt komt dit overeen met het Hessische gemiddelde. In dit percentage zijn ook de gevallen opgenomen waarin de Belastingdienst moest inschatten vanwege ontbrekende eigenaarsverklaringen. De deadline voor het indienen van de vereiste informatie over het bouwjaar, de woonruimte en de standaardgrondwaarden werd verlengd van 31 oktober 2022 tot 31 januari 2023, waarbij het responspercentage voor de informatie in heel Hessen ruim 98 procent bedroeg.

Hoewel de Belastingdienst geen gedetailleerde lijst per arrondissement verstrekt, werd landelijk 9,9 procent van de aangiften met bezwaren betwist. Er is geen statistische evaluatie van de nieuwe meetbedragen ten opzichte van de vorige berekening op wijkniveau. Over het geheel genomen zou de hervorming van de onroerendgoedbelasting voor de gemeenten inkomstenneutraal moeten zijn, wat betekent dat het jaartotaal niet mag stijgen of dalen. In de zomer zal de Belastingdienst alle steden en gemeenten individuele aanbevelingen voor het aanpassen van de aanslagtarieven sturen en op internet publiceren. Deze aanbevelingen zijn gebaseerd op een vergelijking van de omvang van de nieuwe meetbedragen met die onder de oude wet per 1 januari 2022.

De beslissing over de specifieke aanslagtarieven ligt uiteindelijk bij de respectievelijke lokale parlementen. De woordvoerder van de burgemeesters in het district, Thomas Rohrbach uit Niederaula, benadrukt de relevantie van betrouwbare cijfers van de belastingdienst tegen de zomer, zodat de gemeenten voldoende tijd hebben om de nieuwe aanslagtarieven vast te stellen en deze mee te nemen in de begrotingsplanning voor 2025. Vanwege mogelijke wijzigingen als gevolg van de hervorming moet informatie over het nieuwe heffingsniveau zo vroeg mogelijk beschikbaar zijn voor eigenaren.

Het Federale Constitutionele Hof had de eerdere berekening van de onroerendgoedbelasting in 2018 als ongrondwettelijk aangemerkt, omdat deze de werkelijke waardeontwikkeling van grond en onroerend goed niet correct weergaf. De berekening van normwaarden gaat in de oude deelstaten terug tot 1964, terwijl deze in de nieuwe deelstaten zelfs gebaseerd is op gegevens uit 1935. De hervormde onroerendgoedbelasting zal naar verwachting vanaf 2025 in werking treden.