Prijzen door het dak: hoe Duitsers lijden onder inflatie!

Transparenz: Redaktionell erstellt und geprüft.
Veröffentlicht am

De inflatie in Duitsland is sinds 2021 fors gestegen. Wat betekent dit voor de koopkracht en de lonen in 2025?

Prijzen door het dak: hoe Duitsers lijden onder inflatie!

Sinds 2021 zijn de prijzen voor voedsel en diensten in Duitsland sterk gestegen. Terwijl boter vaak drie euro kost en voor twee bolletjes ijs minimaal vier euro, moet je voor een kebab ruim zeven euro uittrekken. Deze prijsstijgingen maken deel uit van een breder inflatiefenomeen dat in oktober en november 2022 een piek bereikte van 8,8 procent. Over het geheel genomen zijn de prijzen sinds 2021 met bijna 20 procent gestegen, wat een aanzienlijke impact heeft op de portemonnee van consumenten.

Uit onderzoeken blijkt echter dat veel mensen, vooral degenen met een laag inkomen en aanhangers van marginale politieke partijen, de inflatie vaak overschatten. In 2024 zei 15,3 procent van de respondenten te verwachten dat de inflatie 15,3 procent zou bedragen, terwijl het werkelijke cijfer slechts 2,2 procent was. Ondanks deze discrepantie is het nettoloon sinds 2021 met 24 procent gestegen, wat de impact van de inflatie gedeeltelijk compenseert.

Ontwikkeling van de lonen en de kosten van levensonderhoud

Het algemene minimumloon is in 2022 verhoogd van 9,82 euro naar 12 euro, wat neerkomt op een stijging van 30 procent. Deze maatregelen komen vooral ten goede aan mensen met een laag inkomen, die onevenredig zwaar getroffen worden door de prijsstijging. Vooral gezinnen met een netto inkomen tussen de 2.000 en 2.600 euro kenden de hoogste inflatie van 19,3 procent. Alleenstaanden met een hoog netto inkomen van ruim 5.000 euro hadden daarentegen het laagste inflatiecijfer van 17,1 procent.

Ondanks de hoge loonstijgingen blijft de realiteit voor veel werknemers somber. Er hebben zich de afgelopen vijf jaar geen reële loonsverhogingen voorgedaan, en de prognoses voor 2025 duiden op mogelijke reële loondalingen als gevolg van stijgende socialezekerheidsbijdragen. De reële loonindex, die de loonontwikkeling meet in vergelijking met de prijsontwikkeling, illustreert dit probleem. Een positief veranderingstempo betekent dat de winsten sterker zijn gestegen dan de consumentenprijzen; een negatieve veranderingssnelheid duidt op het tegenovergestelde.

Analyse van de koopkracht

De nominale loonindex, die de verandering in het gemiddelde bruto maandinkomen registreert, en de consumentenprijsindex, die prijsveranderingen documenteert, spelen een cruciale rol bij de berekening van de reële loonindex. De formule voor de berekening is: Reële loonindex = nominale loonindex / consumentenprijsindex * 100. Met deze berekening kunnen analisten het verlies aan koopkracht van werknemers in Duitsland begrijpen, vooral in tijden van stijgende kosten van levensonderhoud.

Het uitgebreide onderzoek en de verschillende beschikbare gegevens illustreren hoe prijsstijgingen en loonontwikkelingen op elkaar inwerken en welke impact ze hebben op de gemiddelde consument. Hoewel de economie enkele positieve ontwikkelingen laat zien, blijft de uitdaging bestaan ​​om de kosten van levensonderhoud te stabiliseren en de reële koopkracht van de burgers veilig te stellen.