Pakket van 500 miljard euro: hoop en zorgen in de bouwsector in Saksen

Transparenz: Redaktionell erstellt und geprüft.
Veröffentlicht am

Op 21 mei 2025 zal de federale regering een investeringspakket van 500 miljard euro aankondigen om de infrastructuur- en bouwsector te versterken.

Pakket van 500 miljard euro: hoop en zorgen in de bouwsector in Saksen

Op 21 mei 2025 kondigde de federale regering een infrastructuurpakket van 500 miljard euro aan, het grootste investeringspakket in de geschiedenis van Duitsland. Deze aankondiging heeft de bouwsector wakker geschud en opgelet, omdat zij een sprankje hoop ziet op een naderend herstel. Tim-Oliver Müller, directeur van de Hoofdvereniging van de Duitse Bouwnijverheid, is echter van mening dat er concrete orders moeten volgen om het positieve effect van het pakket te realiseren. Volgens Müller zijn veel projecten nog niet specifiek gepland.

Momenteel heeft de sector slechts een capaciteit van ongeveer 70 procent, wat betekent dat er potentieel is voor een toename van 20 tot 30 procent. De Saksische minister van Economische Zaken Dirk Panter (SPD) sprak de verwachting uit dat de bouwhausse vanaf 2026 zal beginnen zodra de uitvoeringswet door de Bondsdag is aangenomen. Met het pakket wordt jaarlijks 391 miljoen euro uitgetrokken voor Saksen, waarvan een deel wordt doorgestort naar gemeenten.

Uitdagingen voor de bouwsector

Ondanks de optimistische aankondigingen zijn er ook kritische stemmen. Oliver Holtemöller, vice-president van het Leibniz Instituut voor Economisch Onderzoek, waarschuwt voor prijsstijgingen in de bouw en vreest dat een overaanbod aan overheidsvraag de prijsspiraal zou kunnen voeden terwijl het aanbod beperkt blijft. Dit zou nog kunnen worden verergerd door het aanhoudende tekort aan vaardigheden, waardoor veel bouwprojecten tot stilstand komen.

Een voorbeeld van de uitdagingen in de bouwsector is de vervallen brug op de Damaschkeplatz in Maagdenburg. De start van de renovatie mislukte door een gebrek aan planning en onduidelijke besteding van de middelen. Tegen deze achtergrond worden politici geconfronteerd met de noodzaak om snel en duurzaam te investeren om het succes van het infrastructuurpakket te garanderen.

Vooruitgang in Mainz

De stad Mainz biedt een kort voorbeeld van de huidige bouwsituatie. Dit jaar staan ​​daar 195 bouwplaatsen gepland, waaronder de uitbreiding van stadsverwarmingsleidingen en de renovatie van waterleidingen. Een bijzonder opvallend project betreft de tramuitbreiding, die zal resulteren in een twee maanden durende afsluiting van een belangrijke verkeersader. Geschat wordt dat tienduizenden inwoners door deze maatregel zullen worden getroffen.

Elmar Schnorpfeil, directeur van een bouwbedrijf, ziet grote kansen voor de bouwsector, maar heeft tegelijkertijd kritiek op het gebrek aan investeringen van de afgelopen decennia. Hij verwijst naar de Pellmann-commissie, die 25 jaar geleden de toestand van de infrastructuur als ondergefinancierd bestempelde. Hij klaagt ook dat bureaucratische hindernissen en voortdurend veranderende wetten bouwprojecten onnodig vertragen.

De discussie over de plannings- en goedkeuringsprocedures wordt gesteund door Tim-Oliver Müller en de Centrale Vereniging van de Duitse Bouwnijverheid (ZDB), die oproepen tot hervormingen om investeringen te versnellen. De SPD verwijst ook naar het Duitse pact om planningsprocessen te versnellen, maar blijft vaag over specifieke hervormingsprojecten. De Uniefractie wil graag wachten op verdere coalitieonderhandelingen alvorens de planningswetgeving te vereenvoudigen.

Over het geheel genomen valt nog te bezien of het gehoopte positieve effect van het infrastructuurpakket zich daadwerkelijk zal manifesteren. De bouwplaatsen en de openbare infrastructuur laten momenteel echter duidelijk zien hoeveel werk er nog te doen is voor de verantwoordelijken.