Investeringen in gevaar: bedrijven trekken zich terug uit Duitsland!

Investeringen in gevaar: bedrijven trekken zich terug uit Duitsland!

Bedrijven in Duitsland zijn momenteel terughoudend met investeringen. Volgens de Duitse Kamer van Koophandel en Industrie (DIHK) is slechts 24 procent van de bedrijven van plan hun investeringen te verhogen. Dit is het resultaat van een nieuw economisch onderzoek dat dinsdag is gepubliceerd. Minder dan 20 procent van de bedrijven kan zich voorstellen dat ze hun capaciteit zullen uitbreiden, terwijl een derde van de ondervraagden van plan is de investeringen terug te dringen. DIHK-algemeen directeur Helena Melnikov beschrijft de huidige situatie als ontnuchterend.

Uit het onderzoek blijkt niet alleen de terughoudendheid in eigen land, maar ook dat Duitsland als vestigingsplaats steeds minder aantrekkelijk wordt. Bedrijfsverenigingen noemen hoge energiekosten, hoge belastingen, bureaucratische hindernissen en lange plannings- en goedkeuringsprocedures als belangrijke locatienadelen. Deze omstandigheden dragen ertoe bij dat het bruto binnenlands product dit jaar naar verwachting zal stagneren na twee jaar van negatieve groeicijfers.

Risicovolle randvoorwaarden

Naast interne uitdagingen worden bedrijven ook geconfronteerd met externe risico’s. Vooral het douanebeleid van de Amerikaanse president Donald Trump wordt gezien als een grote bron van onzekerheid. Melnikov benadrukt dat bedrijven de moed moeten vinden om te investeren als ze economische groei mogelijk willen maken. De huidige investeringen in apparatuur liggen nog steeds tien procent onder het niveau van vóór de coronapandemie, wat het nog moeilijker maakt om zich aan te passen aan de economische omstandigheden.

Uit het economische onderzoek van DIHK van begin dit jaar blijkt ook dat 40 procent van de ondervraagde bedrijven van plan is hun investeringen naar het buitenland te verplaatsen, een daling ten opzichte van de 42 procent het jaar daarvoor. De belangrijkste drijfveer voor deze buitenlandse investeringen is kostenreductie, die met 35 procent het hoogste niveau vertegenwoordigt sinds de financiële crisis van 2008. In deze context plant 30 procent van de kleine bedrijven (tot 200 werknemers) buitenlandse investeringen, wat een daling betekent van 31 procent vergeleken met het voorgaande jaar. Grote bedrijven (meer dan 1.000 werknemers) daarentegen laten een stabielere planning zien: 80 procent van hen is nog steeds van plan internationaal te investeren.

Dreiging van hoge kosten

Geopolitieke spanningen en een zwakke economie zetten bedrijven extra onder druk. 76 procent van de bedrijven ziet hoge energieprijzen als een groot bedrijfsrisico. Deze omstandigheden hebben ertoe geleid dat twee op de vijf industriële bedrijven hun binnenlandse investeringen willen terugschroeven. Terwijl de motivatie om de markt te ontwikkelen daalt tot slechts 30 procent, wordt kostenreductie steeds belangrijker.

Ook de doelregio’s voor buitenlandse investeringen veranderen. Terwijl de eurozone met 64 procent belangrijk blijft, wint Noord-Amerika aan belang met 48 procent, vooral in de machine- en voertuigbouw, die een recordniveau van ruim 60 procent heeft bereikt. Daarentegen laten de investeringen in China (31 procent) en Azië-Pacific met uitzondering van China (21 procent) een daling zien, wat wijst op een strategische herbeoordeling van de mondiale markten.

Politici moeten actie ondernemen om de hoge energieprijzen terug te dringen, belastingvermindering te bieden en bureaucratische hindernissen te verminderen. Alleen door beslissende maatregelen kunnen de locatienadelen worden overwonnen en de bereidheid om in Duitsland te investeren weer toenemen.

Voor meer details over de resultaten van het DIHK-economisch onderzoek en de huidige algemene voorwaarden kunt u de rapporten van lezen Noordelijke koerier En DIHK.