Strijdbare rechtszaak tegen HUK-Coburg: €13.000 voor schouderblessure!
Een recent geval laat zien hoe particuliere ongevallenverzekeraars proberen te voorkomen dat ze voor schouderletsel moeten betalen. Lezers leren hoe een rechtszaak de betaling van € 13.000 veilig stelde na een sportongeval.
Strijdbare rechtszaak tegen HUK-Coburg: €13.000 voor schouderblessure!
Een recente uitspraak voor de regionale rechtbank van Meiningen vestigt veel aandacht op de uitdagingen die getroffenen kunnen ervaren bij het afdwingen van claims uit particuliere ongevallenverzekeringen. De zaak draait om een ernstige schouderblessure, opgelopen door een sporter tijdens een oefening. Ondanks een medisch rapport dat de arbeidsongeschiktheid als gevolg van een ongeval op 30% bevestigde, betaalde HUK-Coburg niet.
De getroffen persoon liep een scheur of breuk op van verschillende pezen van de rotator cuff, met name de pezen van de supraspinatus, subscapularis en de lange bicepspees. Deze verwondingen leidden tot een permanente beperking van de bewegingsvrijheid van de arm. Daarom werd de zaak gezien als een klassieke arbeidsongeschiktheidszaak in de particuliere ongevallenverzekering. Niettemin beschouwde HUK-Coburg het verband tussen het ongeval en de functionele beperkingen als onbewijsbaar en weigerde elke betaling.
Juridische geschillen en rapporten
De verzekeraar baseerde haar afwijzing op de verklaring van een tweede deskundige, die een claim indiende zonder volledige documentatie en zonder rekening te houden met de beschikbare medische bevindingen. Na deze tegenslagen was de cliënt genoodzaakt een rechtszaak aan te spannen omdat hij zonder een gespecialiseerde advocaat geen vooruitgang kon boeken. De rechtbank stelde vervolgens een onafhankelijke deskundige aan die de verzekeraar tegensprak en duidelijk maakte dat de schouderblessures duidelijk aan het ongeval te wijten waren.
Tijdens de onderhandelingen over mogelijke eerdere invaliditeit en bijdragen aan ziekten en handicaps kwam naar voren dat de deskundige geen duidelijk onderscheid kon maken tussen de twee kwesties. De advocaat van de eiser voerde aan dat de verzekeraar bewijs moest leveren met betrekking tot de bijdrage, wat de rechtbank ook erkende.
Vergelijking en vooruitzichten
Na een verhit juridisch geschil bood HUK-Coburg uiteindelijk een betaling van € 13.000 aan, die de klant accepteerde. Deze uitspraak onderstreept hoe moeilijk het voor verzekerden kan zijn om hun claims af te dwingen. Particuliere ongevallenverzekeraars hebben vaak de neiging om betalingen te vermijden, vooral door causaliteit te ontkennen en te pleiten voor aftrekposten vanwege eerdere arbeidsongeschiktheid.
Verzekerde personen mogen zich niet laten intimideren door algemene afwijzingen en moeten bij twijfel juridisch advies inwinnen om hun rechten af te dwingen. Meer informatie over de uitdagingen en claims voor schouderblessures bij een ongevallenverzekering vindt u op schneider-law.de gelezen worden.