Oldenburgse boer: 600.000 euro aflossing na brandstichting!

Oldenburgse boer: 600.000 euro aflossing na brandstichting!

Op 18 juni 2025 besliste het Oberlandesgericht Oldenburg dat een boer zou worden veroordeeld tot het terugbetalen van 600.000 euro en rente aan zijn verzekeringsmaatschappij. Deze beslissing volgt op een langdurige juridische strijd die teruggaat tot het midden van de jaren negentig, toen er herhaaldelijk brand uitbrak op de boerderij van de boer. NDR meldt dat aanvankelijk werd vermoed dat technische mankementen de oorzaak van de brand waren, maar dat het intensieve onderzoek uiteindelijk leidde tot vermoedens van fraude en brandstichting.

In 2009 heeft zich een ernstige brand voorgedaan in een kalvermeststal, waarbij is gebleken dat er sprake is geweest van brandstichting. De verzekering keerde vervolgens 600.000 euro uit voor de veroorzaakte schade. Tot 2010 waren de kosten van technische mankementen en brandstichting gedekt. Maar jaren later, na een uitgebreide beoordeling van het bewijsmateriaal, oordeelde de Hogere Regionale Rechtbank dat de boer verantwoordelijk was voor misbruik van verzekeringen volgens Sectie 265, Paragraaf 1 van het Wetboek van Strafrecht. Luidruchtig LTO Hij werd aangemerkt als indirecte dader of medeplichtige, omdat hij een derde opdracht had gegeven de brand aan te steken en het misdrijf voor te bereiden.

Vrijspraak en nieuwe rechterlijke toetsing

Interessant is dat het vorige proces voor de regionale rechtbank van Oldenburg eindigde met een vrijspraak. Dit was te wijten aan onvoldoende bewijs om een ​​strafrechtelijke veroordeling te ondersteunen. De burgerlijke rechtbank is echter niet gebonden aan de uitspraken van de strafrechter, waardoor een uitgebreide beoordeling van bewijsmateriaal mogelijk is dat uiteindelijk tot de beslissing van de hogere regionale rechtbank heeft geleid.

De terugvordering van de 600.000 euro door de verzekeringsmaatschappij was gerechtvaardigd nadat de boer een misrekening had gemaakt door jarenlang verzekeringsuitkeringen te claimen die gebaseerd waren op frauduleuze handelingen. De burgerlijke kamer van de regionale rechtbank van Oldenburg kon niet voldoende zekerheid vaststellen dat de verdachte de dader was, maar het bewijsmateriaal van de hogere regionale rechtbank woog zwaarder.

Deze uitspraak heeft niet alleen juridische gevolgen voor de getroffen boer, maar kan ook verstrekkende gevolgen hebben voor toekomstige procedures in soortgelijke zaken. De duidelijkheid over de verantwoordelijkheden van verzekeringnemers in de context van brandstichting kan opnieuw worden gedefinieerd.