Geschil over blindenuitkering: 98-jarige moet bewijs van leven overleggen!
De Hessen State Welfare Association vereist een bewijs van leven voor een blinde uitkering om poging tot fraude te voorkomen.
Geschil over blindenuitkering: 98-jarige moet bewijs van leven overleggen!
In een actuele zaak die de bureaucratische vereisten illustreert bij het omgaan met de blindenuitkering, ligt de focus op Klaus Damm en zijn 98-jarige moeder Hannelore Damm. Hannelore Damm lijdt aan leeftijdsgebonden maculaire degeneratie en ontvangt 167 euro blinde uitkering per maand. Dit geld is in september 2024 aangevraagd op advies van haar oogarts.
Na goedkeuring ontving Klaus Damm een brief waarin hij werd geïnformeerd over de verplichting om wijzigingen door te geven. Toen zijn moeder in zorgniveau 3 werd ingedeeld, bracht Damm de Hesse Staatswelvaartsvereniging (LWV) onmiddellijk op de hoogte van deze wijziging. In mei 2025 ontving hij echter een vragenlijst van de LWV met het verzoek om informatie over het gezichtsvermogen, het zorgniveau en de oogoperaties.
Bureaucratische hindernissen en bewijsplicht
Daarnaast werd Klaus Damm gevraagd om bevestiging van het leven van zijn moeder te verstrekken bij een autoriteit of bank. Ondanks dat het bewonersregistratiebureau is vrijgesteld van geheimhouding, accepteerde de LWV deze aanpak niet. De reden voor de strenge eisen van de LWV zijn pogingen tot fraude in het verleden, waarbij de dood van blinde uitkeringsgerechtigden niet werd gemeld. In 2023 en 2024 was er sprake van terugvorderingen ter hoogte van 313.000 euro en in heel Hessen 273.000 euro die op dergelijke gevallen te herleiden zijn.
De blindenuitkering in Hessen is een forfaitaire financiële uitkering ter ondersteuning van ernstig slechtziende en blinde mensen. Het wordt verleend om levensgebieden te beheren die ziende mensen zelfstandig kunnen organiseren. Het bedrag varieert afhankelijk van de visuele beperking: voor volledige blindheid is het 757 euro, voor doofblindheid 1.514 euro en voor ernstig slechtzienden, waaronder Hannelore Damm, 227 euro, waarbij rekening wordt gehouden met de zorgtoeslag.
Regelgeving over blinde vergoedingen en hoe hiermee rekening wordt gehouden
De classificatie voor het ontvangen van een blinde uitkering is gebaseerd op het resterende gezichtsvermogen. Blinde mensen hebben maximaal 2% restzicht, terwijl mensen met een ernstige visuele beperking niet meer dan 5% restzicht mogen hebben. Onder bepaalde voorwaarden kunnen blinden in Hessen aanvullende hulp voor blinden krijgen. Dit is een sociale bijstandsuitkering en is afhankelijk van inkomen en vermogen.
Ontvangers van een blindheidsuitkering moeten voorzichtig zijn bij het ontvangen van aanvullende zorgdiensten: de financiële voordelen worden proportioneel verlaagd als thuiszorgdiensten uit het zorgfonds worden ontvangen. De zorgtoeslag van de beroepsvereniging wordt volledig gecrediteerd. Daarentegen de zorgtoeslag volgens artikel 64a SGB. Bij verhuizing naar instellingen of bijzondere woonvormen wordt de blindheidsuitkering ook verlaagd als tegelijkertijd uitkeringen worden ontvangen van een andere publieke aanbieder.
Deze casus laat op indrukwekkende wijze zien hoe uitdagend de bureaucratische eisen kunnen zijn voor familieleden van mensen met een visuele beperking. Gezien de grote bedragen die vanwege inconsistenties in het verleden zijn teruggevorderd, is het begrijpelijk dat de LWV strenge documentatie-eisen invoert.
Bezoek de officiële website voor meer informatie over de regelgeving met betrekking tot blindenuitkeringen in Hessen Staatswelzijnsvereniging van Hessen.
Lees meer over de zaak Klaus en Hannelore Damm op Kwik.