Gewasrotatieplanning: DRV roept op tot vroegtijdige wettelijke wijzigingen

Gewasrotatieplanning: DRV roept op tot vroegtijdige wettelijke wijzigingen

Uit de tweede DRV-oogstschatting voor graan en koolzaad in 2024 blijkt dat de vruchtwisselingsplanning voor boeren plaatsvindt vóór het zaaien in de herfst. Omdat er in de herfst voornamelijk granen worden gezaaid, is er in het voorjaar slechts beperkt ruimte over voor extra gewassen. De zaadaanvoer vergt een doorlooptijd, die cruciaal is voor een succesvolle oogst.

Op de wereldmarkt is er vooral vraag naar granen en oliehoudende zaden. De afschaffing van de braakleggingsverplichting in maart 2024 werd betreurd omdat dit zou leiden tot een nieuw dieptepunt in het graanareaal. De DRV benadrukt het belang van elke hectare en roept daarom de Europese Commissie en de federale overheid op om in een vroeg stadium wettelijke wijzigingen in de vruchtwisseling door te voeren, zodat boeren en zaadproducenten voldoende tijd krijgen om zich aan te passen.

Qua vegetatie vertonen koolzaad en granen een duidelijk voordeel vanwege het warme weer en de goede watervoorziening. Gemiddeld lopen de planten zo'n tien dagen voor op het langjarig gemiddelde. Hoewel dit over het algemeen positief is, neemt de kans op late nachtvorst, die de planten kan schaden, toe. Hoe verder ontwikkeld een plant is, hoe gevoeliger hij is voor vorst.

De DRV-prognose voor de graanoogst in 2024 bedraagt ​​ruim 41 miljoen ton en voor de koolzaadoogst een kleine vier miljoen ton. Deze cijfers liggen onder de resultaten van vorig jaar en zijn vooral te wijten aan het verminderde areaal. Het rapport merkt op dat de vraag naar landbouwgrondstoffen tegen 2050 naar verwachting met 50 procent zal toenemen, wat de uitdagingen en kansen voor de landbouw in de komende jaren benadrukt.