Koopkrachtanalyse: Bremen en Bremerhaven lopen achter in Duitsland
Volgens een rapport van https://www.butenunbinnen.de/nachrichten/kaufkraft-bremen-bremerhaven-bundesvergleich-umzu-100.html heeft het Duitse Economisch Instituut een analyse uitgevoerd van de regionale koopkracht in Duitsland en vastgesteld dat Bremen en Bremerhaven de neiging hebben achter te blijven in Duitsland. De gemiddelde inwoner van Bremen heeft gemiddeld ruim 23.000 euro per jaar ter beschikking, wat zo’n vijf procent onder het landelijk gemiddelde ligt. Nog erger ziet het er in Bremerhaven uit, waar de gemiddelde bevolking ruim 15 procent onder het landelijk gemiddelde ligt, met een besteedbaar bedrag van zo'n 20.600 euro. Uit deze analyse blijkt dat de koopkracht in grote steden doorgaans lager is dan in plattelandsgebieden. In de regio Bremen…

Koopkrachtanalyse: Bremen en Bremerhaven lopen achter in Duitsland
Volgens een rapport van https://www.butenunbinnen.de/nachrichten/kaufkraft-bremen-bremerhaven-bundesvergleich-umzu-100.html,
Het Duitse Economisch Instituut voerde een analyse uit van de regionale koopkracht in Duitsland en constateerde dat Bremen en Bremerhaven in Duitsland doorgaans achterblijven. De gemiddelde inwoner van Bremen heeft gemiddeld ruim 23.000 euro per jaar ter beschikking, wat zo’n vijf procent onder het landelijk gemiddelde ligt. Nog erger ziet het er in Bremerhaven uit, waar de gemiddelde bevolking ruim 15 procent onder het landelijk gemiddelde ligt, met een besteedbaar bedrag van zo'n 20.600 euro.
Uit deze analyse blijkt dat de koopkracht in grote steden doorgaans lager is dan in plattelandsgebieden. In de regio Bremen liggen steden als Delmenhorst en Oldenburg qua koopkracht ook onder het gemiddelde, terwijl de wijken Cuxhaven, Rotenburg (Wümme), Osterholz, Wesermarsch, Verden, Oldenburg en Diepholz boven het landelijk gemiddelde liggen.
Landelijk hebben mensen in Gelsenkirchen het minste geld tot hun beschikking, terwijl men in de wijk Starnberg bij München gemiddeld bijna 33.000 euro tot hun beschikking heeft.
Uit deze gegevens blijkt dat er aanzienlijke verschillen bestaan in de regionale koopkracht. Deze verschillen kunnen gevolgen hebben voor de lokale economie en de financiële sector. In gebieden met een lage koopkracht kan de vraag naar bepaalde producten en diensten lager zijn, terwijl in gebieden met een hogere koopkracht meer welvaart en economische activiteit te verwachten zijn. Bedrijven en financiële instellingen moeten rekening houden met deze regionale verschillen om hun marktstrategieën aan te passen en tegemoet te komen aan de behoeften van consumenten in verschillende regio's.
Lees het bronartikel op www.butenunbinnen.de