Deïndustrialisatie in Duitsland: verenigingen en vakbonden luiden de noodklok.

Deïndustrialisatie in Duitsland: verenigingen en vakbonden luiden de noodklok.

In de nasleep van de huidige economische ontwikkelingen en de migratie van gerenommeerde bedrijven als Miele, Conti en Stihl uit Duitsland waarschuwt Martin Herrenknecht, CEO van Herrenknecht AG, voor de gevaren van ‘de-industrialisatie’. Herrenknecht heeft vooral kritiek op het beleid van de stoplichtcoalitie, dat hij omschrijft als geldverspilling. Volgens Herrenknecht hebben de meest recente beslissingen van de regering op het gebied van het sociaal beleid, zoals de eis tot loonsverhogingen van 12,5 procent en een vierdaagse werkweek, een negatief effect op de economie.

In een interview met de Frankfurter Allgemeine Zeitung sprak Herrenknecht zijn begrip uit voor bedrijven die Duitsland de rug toekeren in het licht van deze ontwikkelingen. Zelf is hij van plan in de toekomst meer in India te gaan investeren omdat daar volgens hem een ​​enorme groei aan infrastructuurprojecten te verwachten is. Herrenknecht waarschuwt dat de sociale kosten in de federale begroting al 50 procent bedragen en een last kunnen vormen voor de volgende generatie.

Met het oog op deze ontwikkelingen hebben werkgeversorganisatie Gesamtmetall en vakbond IG Metall ook een beroep gedaan op de federale overheid om Duitsland als vestigingsplaats te versterken. Ze benadrukken de ernstige toestand van de industriële locatie en eisen concurrerende energiekosten, aantrekkelijkere investeringsvoorwaarden, een uitbreiding van de infrastructuur en een grotere nadruk op onderwijs met het oog op het tekort aan geschoolde arbeidskrachten. De betrokken organisaties waarschuwen voor de dreiging van deïndustrialisatie en de daarmee samenhangende negatieve sociale gevolgen als er geen krachtige tegenmaatregelen worden genomen.