Economische ontwikkeling in Rijnland-Palts: alarmsignalen voor de bedrijfslocatie
Mainz (dpa/lrs) – De ondernemers in Rijnland-Palts maken zich zorgen over de economische ontwikkeling in de staat. “Ik wil Rijnland-Palts als vestigingsplaats niet zwart maken”, zei de algemeen directeur van de staatsvereniging van bedrijfsverenigingen (LVU), Karsten Tacke, in Mainz. Er kan echter worden vastgesteld dat de economische ontwikkeling in Rijnland-Palts trager verloopt dan in andere deelstaten en Europa en dat het investeringsvolume van binnenlandse bedrijven in het buitenland zeer hoog is. De economische productie van het land daalde in de eerste zes maanden van het jaar relatief scherp. Volgens het Staatsbureau voor de Statistiek daalde het bruto binnenlands product na prijscorrectie met 5,4 procent vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. Landelijk daalde het met...

Economische ontwikkeling in Rijnland-Palts: alarmsignalen voor de bedrijfslocatie
Mainz (dpa/lrs) – De ondernemers in Rijnland-Palts maken zich zorgen over de economische ontwikkeling in de staat. “Ik wil Rijnland-Palts als vestigingsplaats niet zwart maken”, zei de algemeen directeur van de staatsvereniging van bedrijfsverenigingen (LVU), Karsten Tacke, in Mainz. Er kan echter worden vastgesteld dat de economische ontwikkeling in Rijnland-Palts trager verloopt dan in andere deelstaten en Europa en dat het investeringsvolume van binnenlandse bedrijven in het buitenland zeer hoog is.
De economische productie van het land daalde in de eerste zes maanden van het jaar relatief scherp. Volgens het Staatsbureau voor de Statistiek daalde het bruto binnenlands product na prijscorrectie met 5,4 procent vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. Landelijk daalde deze in dezelfde periode met 0,3 procent. Rijnland-Palts staat daarmee op de laatste plaats als het gaat om economische groei vergeleken met andere landen.
“Dit zijn alarmsignalen, ze hebben niets te maken met kwaadsprekerij”, zei Tacke tegen het Duitse persbureau. “Dit suggereert dat de algemene omstandigheden voor de locatie niet de beste zijn.” Volgens de directeur heeft deze ontwikkeling twee hoofdoorzaken: het tekort aan geschoolde arbeidskrachten en de hoge energieprijzen.
“Elk uur telt, we hebben een volumeprobleem”, waarschuwde Tacke. “We hebben niet alleen een tekort aan geschoolde arbeidskrachten, maar ook een tekort aan arbeidskrachten.” Daarom zijn eisen voor een vierdaagse week of meer educatief verlof zonder verwijzing naar de operationele behoeften van bedrijven volledig uitgesloten. “In de huidige situatie moeten we het niet hebben over minder werk, maar over meer werk.” Anders zouden er concrete voorstellen moeten komen hoe het schaarse volume aan mankracht gecompenseerd zou kunnen worden.
De DGB in Rijnland-Palts daarentegen staat open voor de vierdaagse week. “Het kan een van de vele instrumenten zijn zodat we werktijden hebben die bij ons leven passen”, zegt DGB-baas Susanne Wingertszahn. Voor de vakbond is het echter van belang dat een vierdaagse werkweek alleen gepaard kan gaan met een verkorting van de arbeidsduur.
Momenteel loopt er landelijk een pilot waarbij werkgevers het model zes maanden lang kunnen testen. Het project, geïnitieerd door managementadviesbureau Intraprenör, is gebaseerd op het model: 100 procent prestatie in 80 procent van de tijd met 100 procent betaling. Uit onderzoek van de bij de vakbond aangesloten Hans Böckler Foundation kwam tot de conclusie dat de vierdaagse werkweek populair is bij werknemers – althans in combinatie met gelijke beloning.
LVU-vertegenwoordiger Tacke dringt echter aan op een gemakkelijkere en snellere toegang voor buitenlandse geschoolde arbeidskrachten tot de arbeidsmarkt. “Ontbureaucratisering heeft de hoogste prioriteit.” Het gaat hierbij om een eenvoudigere erkenning van kwalificaties, eenvoudigere administratieve procedures en minder vereisten voor taalvaardigheid. "We moeten elke stelschroef draaien om meer werkuren te krijgen. We zijn erg traag in ons denken over het arbeidsmarktbeleid."
Om de situatie van bedrijven in Rijnland-Palts in de internationale concurrentie te verbeteren, moeten dringende en kortetermijnmaatregelen worden genomen om de energieprijzen te verlagen, waarschuwde Tacke. “We moeten het aanbod verbreden in tijden van energietekorten en stijgende prijzen. Dit is de kerntaak waar politici mee te maken hebben.”
Om dit te bereiken moeten investeringen worden gedaan in de uitbreiding van hernieuwbare energiebronnen. Omdat veel grote bedrijven in Rijnland-Palts in veel sectoren veel energie nodig hebben, kan aan deze vraag niet alleen met hernieuwbare energie worden voldaan, aldus Tacke. Volgens hem zullen de energieprijzen dalen naarmate het aanbod toeneemt. Alle suggesties die tot succes leiden, zijn hier welkom. Tijdelijke subsidies zijn daar één van. “Iedereen die zonder oplossing draait, moet echter ook toegeven dat hij afscheid wil nemen van bepaalde industrieën”, zei hij.
Als verdere maatregelen noemde de directeur de uitbreiding van aardwarmte en waterstofproductie. In principe zouden de goedkeuringsprocessen voor hernieuwbare en klimaatneutrale energiebronnen aanzienlijk gestroomlijnd en sneller moeten zijn. “We hebben geen kennisprobleem, we hebben een implementatieprobleem”, waarschuwde hij.
Volgens een rapport van www.sueddeutsche.de Ondernemers uit Rijnland-Palts maken zich zorgen over de economische ontwikkeling in de deelstaat. De economische ontwikkeling in Rijnland-Palts verloopt langzamer vergeleken met andere deelstaten en Europa, en het investeringsvolume van binnenlandse bedrijven in het buitenland is zeer hoog. De economische productie van het land daalde bijzonder scherp in de eerste zes maanden van het jaar. Het bruto binnenlands product daalde met 5,4 procent ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. In een landelijke vergelijking daalde deze in dezelfde periode met 0,3 procent. Rijnland-Palts staat daarmee op de laatste plaats wat betreft economische groei. De belangrijkste redenen voor deze ontwikkeling zijn het tekort aan geschoolde arbeidskrachten en de hoge energieprijzen.
De impact van deze ontwikkeling op de markt of de financiële sector in Rijnland-Palts kan aanzienlijk zijn. Het tekort aan geschoolde werknemers leidt tot een tekort aan arbeidskrachten, wat leidt tot een vermindering van het werkvolume en een verlies aan potentieel voor bedrijven. Dit kan leiden tot een lagere productiviteit en concurrentievermogen. Hoge energieprijzen zetten bedrijven onder druk en kunnen hun winstmarges verkleinen. Dit kan op zijn beurt leiden tot een daling van de investeringen en een uittocht van bedrijven.
Om deze negatieve effecten te verzachten zijn maatregelen nodig zoals een gemakkelijkere toegang voor buitenlandse geschoolde werknemers tot de arbeidsmarkt en een verlaging van de energieprijzen. Door de administratieve procedures te vereenvoudigen en buitenlandse kwalificaties te erkennen, kunnen buitenlandse geschoolde werknemers sneller worden aangenomen om het tekort aan vaardigheden te verlichten. Het verlagen van de energieprijzen kan worden bereikt door het uitbreiden van hernieuwbare energie en het gebruik van nieuwe technologieën zoals geothermische energie en waterstofproductie. Er zijn ook efficiëntere goedkeuringsprocessen voor hernieuwbare energie nodig om de uitbreiding te versnellen.
Het implementeren van deze maatregelen vergt de medewerking van bedrijven, de overheid en andere relevante stakeholders. Alleen door dergelijke inspanningen kunnen de randvoorwaarden worden verbeterd om de economische ontwikkeling in Rijnland-Palts te stimuleren en de bedrijfslocatie concurrerender te maken.
Bron: www.sueddeutsche.de
Lees het bronartikel op www.sueddeutsche.de